In Georgetown, deze stad ligt op een eiland in de rivier The Gambia, komen we
via Omar-op-de-fiets op een school campus terecht, waar we kunnen overnachten
in het gastenverblijf. Erg grappig. ´s Avonds drinken we met Omar een biertje in de enige
kroeg van het studentenstadje en leren we hem wat beter kennen. De volgende morgen
bezoeken we een ziekenhuisje dat we blij willen maken met
onze brillenvoorraad... Helaas loopt het iets anders. Medicijnen hebben ze
nodig, geen brillen! Gelukkig kent Omar veel oudere mensen in Georgetown en hij
wil de brillen wel afgeven aan de juiste personen. Daar vertrouwen we hem in.
Hop, de bus in en verder richting de hoofdstad Banjul aan de kust. Onderweg komen we veel politieposten tegen. Een gemiddelde stop gaat ongeveer zo: ¨Hello, how are you doing?¨ ¨Very good, how about you?¨ ¨Good. How is your afternoon?¨ ¨Perfect, thank you.¨ ¨What´s your name?¨ ¨J&A¨ ¨Is that your wife?¨ ¨No, my fiancee¨. ¨What is in the back of the bus?¨ ¨Our bedroom.¨ ¨Can I see it?¨ ¨Yes.¨ ¨Aha, cool. I wanna buy your bus!¨ ¨Haha!¨ ¨Have a peacefull stay!¨ En bij dit gezellige ritueel hoeven we geen enkele keer onze papieren te laten zien.
In Serrekunda (bij Banjul) belanden we op camping Sukuta, die fameus is om de autoverkoop. Twee Duitsers, Alex en Michael, zijn al vaker met een bus naar Gambia gereden en leren ons dat we vooral veel gezien moeten worden met de bus. De eerste dagen liggen wij met de hitte echter liever aan het mooie strand. Het toerisme van Gambia is gecentreerd aan de kust (we zien hier veel mixed couples; mannen en vrouwen die voor hun pleziertje naar Gambia komen) en er zijn opeens heel veel blanken. Wat een contrast met het binnenland, waar vrijwel geen toerisme is.
Om meer op te vallen laten we ons busje nog eens goed wassen; zonder Sahara zand ziet hij er weer super uit! Tijdens een after-strand biertje bij een bar hebben we al snel beet; er is een geinteresseerde, Abdulai, die (niet onbelangrijk) ook nog eens over de benodigde Euro´s beschikt. Die hij trots laat zien. Het lijkt erop dat we snel afscheid van ons busje kunnen nemen, dus de volgende dag beginnen we met de uitverkoop van de inboedel. Dit levert een leuk stukje handelen op bij een lokale matrassenboer en na de onderhandelingssessie (over matras, kookstel, kussens, tafeltje, stoeltjes, pannen, kleding en meer) mogen we zelfs mee-lunchen met de nieuwe eigenaren van onze spullen: domoda stond op het menu, een soort pittige saté die gemaak wordt van de pinda´s die hier overal in de grond groeien.
Diezelfde avond staat Abdulai ons al op te wachten bij de camping (wat de campingeigenaar niet apprecieert, en even later wordt Abdulai van de camping afgebonjourd en wordt het verkoopproces buiten de poort voortgezet). Na een stevige onderhandeling wordt de deal gesloten en mogen we snel de laaste spullen uit de bus halen. En dan rijdt onze rooie Mitsubishi weg... en staat Angélique met een brok in de keel toe te kijken. Dat is toch even slikken! Nu wordt ons `huisje´ een GullyGully (taxibusje met veel te veel mensen erin, eraan en erop).
Nu moet alles in de backpack passen. Dit is een uitdaging op zich en verhuisstress maakt zich van ons meester. Met twee volle kratten lopen we naar een autogarage en hier beginnen de onderhandelingen weer (gratis weggeven had ook gekund, maar aangezien in Gambia bijna ieder dorp gesponsord wordt door eentwikkelingsorganisatie en blanken als rijke sponsoren worden gezien, is dit een veel leukere en gelijkwaardigere manier om van onze spullen af te komen). Onze spullen vallen in de smaak en binnen no time lopen we met de restanten terug naar de camping. Onderweg lopen we langs een kinderopvang met allemaal schattige kindjes, waar we de rest van de spullen afgeven; ze zijn er erg blij mee. Als we even later ook nog onze etenswaren komen brengen, worden we uitgenodigd voor een rondleiding.
Wanneer de ´hoofdmoeder´ hoort dat we nog een taxi nodig hebben om ons die nacht naar de luchthaven te brengen, komt ze meteen in actie en houdt een taxi aan. Vervolgens slaat ze zijn nummer op (en laat de telefoon overgaan om te checken), noteert de nummerplaat en neemt samen met ons plaats in de taxi om naar onze camping te rijden (300 meter verderop...), zodat ze er zeker van is dat hij ons op de goede plek komt ophalen vannacht! Deze dame weet van wanten!
Wanneer de taxi om 00u00 voor de campingpoort staat, zit onze regelmiep erin met haar dochter... ze willen er zeker van zijn dat we onze vlucht gaan halen! Ze hebben prachtige kleren aan, met mooie sieraden en make-up. Gaan ze nog op stap? Nee, speciaal voor ons hebben ze zich mooigemaakt (en wij zaten er supercharmant bij met onze afritsbroeken)! Even later zwaaien we de dames uit op de luchthaven. Laat het echte (backpack-) avontuur maar beginnen... Op naar Kenia!
Fietser op (zand)weg naar Basse Santa Su |
Op naar The Gambia! De grensovergang van Senegal naar Basse Santa Su, The
Gambia blijkt slecht aangegeven en al snel zijn we in het grensgebied verdwaald in een wirwar van stoffige zandwegen en
mini-dorpjes. Na een paar uur rondrijden en rondvragen,
blijken we opeens al in The Gambia te zijn! En hebben we dus de grenspost van
Senegal gemist!? Nieuwsgierig lopen we het douanekantoor binnen en tot onze
verrassing worden we hier vrij snel (en gratis!) van een carnet de passage voor
twee weken voorzien en ook de stempel in het paspoort is zo gepiept. Even later lopen we als ware
miljonairs een wisselkantoor uit met een MEGA stapel biljetten. Het grootste briefje
heeft hier namelijk de waarde van maar liefst 3 Euro...!
Niet werken, niet seksen, niet roken en niet zwanger worden. Eerst naar school! |
Hop, de bus in en verder richting de hoofdstad Banjul aan de kust. Onderweg komen we veel politieposten tegen. Een gemiddelde stop gaat ongeveer zo: ¨Hello, how are you doing?¨ ¨Very good, how about you?¨ ¨Good. How is your afternoon?¨ ¨Perfect, thank you.¨ ¨What´s your name?¨ ¨J&A¨ ¨Is that your wife?¨ ¨No, my fiancee¨. ¨What is in the back of the bus?¨ ¨Our bedroom.¨ ¨Can I see it?¨ ¨Yes.¨ ¨Aha, cool. I wanna buy your bus!¨ ¨Haha!¨ ¨Have a peacefull stay!¨ En bij dit gezellige ritueel hoeven we geen enkele keer onze papieren te laten zien.
Wijnflessenkerstboom in Senegambia; dé uitgaansstraat |
Markt in Serrekunda |
Diezelfde avond staat Abdulai ons al op te wachten bij de camping (wat de campingeigenaar niet apprecieert, en even later wordt Abdulai van de camping afgebonjourd en wordt het verkoopproces buiten de poort voortgezet). Na een stevige onderhandeling wordt de deal gesloten en mogen we snel de laaste spullen uit de bus halen. En dan rijdt onze rooie Mitsubishi weg... en staat Angélique met een brok in de keel toe te kijken. Dat is toch even slikken! Nu wordt ons `huisje´ een GullyGully (taxibusje met veel te veel mensen erin, eraan en erop).
Van bus naar backpack! |
Nu moet alles in de backpack passen. Dit is een uitdaging op zich en verhuisstress maakt zich van ons meester. Met twee volle kratten lopen we naar een autogarage en hier beginnen de onderhandelingen weer (gratis weggeven had ook gekund, maar aangezien in Gambia bijna ieder dorp gesponsord wordt door eentwikkelingsorganisatie en blanken als rijke sponsoren worden gezien, is dit een veel leukere en gelijkwaardigere manier om van onze spullen af te komen). Onze spullen vallen in de smaak en binnen no time lopen we met de restanten terug naar de camping. Onderweg lopen we langs een kinderopvang met allemaal schattige kindjes, waar we de rest van de spullen afgeven; ze zijn er erg blij mee. Als we even later ook nog onze etenswaren komen brengen, worden we uitgenodigd voor een rondleiding.
Twee blije kindjes willen op de foto |
Wanneer de ´hoofdmoeder´ hoort dat we nog een taxi nodig hebben om ons die nacht naar de luchthaven te brengen, komt ze meteen in actie en houdt een taxi aan. Vervolgens slaat ze zijn nummer op (en laat de telefoon overgaan om te checken), noteert de nummerplaat en neemt samen met ons plaats in de taxi om naar onze camping te rijden (300 meter verderop...), zodat ze er zeker van is dat hij ons op de goede plek komt ophalen vannacht! Deze dame weet van wanten!
Wanneer de taxi om 00u00 voor de campingpoort staat, zit onze regelmiep erin met haar dochter... ze willen er zeker van zijn dat we onze vlucht gaan halen! Ze hebben prachtige kleren aan, met mooie sieraden en make-up. Gaan ze nog op stap? Nee, speciaal voor ons hebben ze zich mooigemaakt (en wij zaten er supercharmant bij met onze afritsbroeken)! Even later zwaaien we de dames uit op de luchthaven. Laat het echte (backpack-) avontuur maar beginnen... Op naar Kenia!